Huis van Borgia

Familie Borgia

paus Alexander VI          Lucrezia Borgia          Cesare Borgia

De familie Borgia of Borjas was een Italiaans adellijk geslacht. De familie kwam oorspronkelijk uit Borja in Aragón, Spanje. De familie is met name bekend vanwege haar corrupte manier van heersen over het pausdom tijdens de Renaissance. Toen Alfonso, bisschop van Valencia, tot kardinaal werd benoemd, vestigde de familie zich in Italië.

Borgia pausen

In 1455 werd Alfonso als Calixtus III tot paus gekozen. Vanuit deze functie benoemde hij familieleden op belangrijke posities. Zo werd Rodrigo Borgia (1431-1503), een neef van Alfonso, bisschop, kardinaal (1456) en vice-kanselier van de Heilige Stoel. In 1492 werd hij benoemd tot paus Alexander VI. Een functie die hij elf jaar vervulde.

Corruptie en schandalen onder paus Alexander VI

Zijn gereerperiode als paus kenmerkte zich door corruptie. Vele schandalen rondom hem en zijn familie passeerden de revue. Wanneer Rodrigo geld nodig had, stelde hij simpelweg een nieuwe kardinaal aan die zijn plek in het Vaticaan moest kopen. Ook hield hij er verschillende maîtresses op na, van wie Vannozza dei Cattanei de belangrijkste was.

Lucrezia en Cesare Borgia

Andere bekende leden van de familie Borgia waren onder anderen Lucrezia Borgia en Cesare Borgia, de dochter en zoon van Rodrigo Borgia. Wegens al deze corruptie was Rodrigo geen populaire paus. Hij stierf in 1503, waarschijnlijk door vergiftiging. Na de dood van Alexander VI verloor de familie veel van haar invloed.

18 april jarig: Lucrezia Borgia

    18 april 2013

18 april jarig: Lucrezia Borgia. Bron: Wikimedia CommonsLucrezia Borgia was de onwettige dochter van Paus Alexander VI en zijn minnares Vannozza Cattanei. Destijds werd er veel gerept over incestueuze handelingen van Borgia met haar vader en broer. Waarschijnlijk zijn deze verhalen door tijdgenoten aangedikt vanwege de beroemdheid en macht van de familie Borgia. Lucrezia Borgia werd geboren op 18 april 1480 het Italiaanse Subiaco

Lucrezia Borgia was de dochter van kardinaal Rodrigo Borgia, de latere paus Alexander VI. Haar moeder was Vannozza Cattanei, een maîtresse van Alexander VI. Zij was tevens de moeder van Lucrezia’s broers Cesare en Giovanni. Lucrezia Borgia werd opgevoed door een nicht van haar vader, Adriana da Mila. Ze groeide op in een van de paleizen van de familie in Rome en ging daar ook naar school. Al op jonge leeftijd viel ze op door haar schoonheid. Ze was slank, had blauwgroene ogen en lang, goudkleurig haar.

Haar vader huwelijkte haar in eerste instantie uit aan een onbekende edelman, maar zette uiteindelijk toch een huwelijk op poten met een andere edelman, Giovanni Sforza, heer van Pesaro, de vijftien jaar oudere zoon van de machtige Sforza-familie. Na vier jaar was het huwelijk in de ogen van haar vader, inmiddels paus, minder voordelig waardoor het werd ontbonden. Als officiële reden werd de impotentie van Sforza genoemd. Het was duidelijk dat Borgia in de tussentijd een relatie met een ander had, want bij de ontbinding van het huwelijk was ze reeds zes maanden zwanger.

Haar zoon, Giovanni, werd in het geheim geboren en zijn bestaan werd tot zijn derde levensjaar stilgehouden. Er bleven geruchten bestaan over haar zoon. Zo zou hij voorgekomen zijn uit een incestueuze verhouding tussen Borgia en haar vader of broer Cesare. Borgia trouwde later met Alfoso van Aragon, een zoon van de koning van Napels. Rond 1500 wilde haar vader echter een nieuw verdrag met Frankrijk sluiten, en haar man vormde hier een belemmering voor. Waarschijnlijk heeft Cesare Borgia toen opdracht gegeven hem te vermoorden. Na zijn dood werd ze in 1502 wederom uitgehuwelijkt aan Alfonso d’Este, hertog van Ferrara. Het echtpaar verhuisde naar Ferrara en kreeg samen zeven kinderen.

Borgia hield zich in haar laatste jaren bezig met kunst en religie. Op 24 juni 1519 beviel Borgia van haar achtste kind, maar beiden overleefden de bevalling niet. Lucrezia Borgia werd 39 jaar.

Niccolò Machiavelli en zijn politieke filosofie

Niccolò Machiavelli en zijn politieke filosofie

Vanaf de late 14e eeuw voltrok zich in Europa de geleidelijke overgang van de middeleeuwen naar de renaissance. Na een lange periode van toenaderingspogingen tussen filosofie en theologie dreven de twee vakgebieden langzaam maar zeker weer uit elkaar. De dominante ‘christelijke moraal’ werd daarbij in toenemende mate bekritiseerd. Zo ook door Niccolò Machiavelli, die eens niet een theologische, maar een politieke filosofie ontwikkelde.

Gedurende de 15e eeuw bloeide in Europa het humanisme op, dat vooral werd gekenmerkt door de studie van de klassieke talen en cultuur, de studia humanitates. In navolging van de Italiaanse dichter Petrarca (1304-1374) profileerden met name Lorenzo Valla (1405-1457) en Erasmus (1469-1536) zich als boegbeelden van het humanisme. De filosofie nam afscheid van de Aristotelische visie op de wereld, zoals die in de 13e eeuw nog door Thomas van Aquino nieuw leven was ingeblazen. Als gevolg van het humanistische gedachtegoed kwam de mens meer en meer in het middelpunt te staan en werd het belang van God en religie gerelativeerd.

Cesare Borgia

Toch waren vele maatschappelijke domeinen nog doordrenkt van een christelijke ethiek, een logische erfenis van de lange middeleeuwen. Volgens de Florentijnse denker en politicus Niccolò Machiavelli (1469-1527) gold dit in het bijzonder voor de politiek. Machiavelli werd rond 1500 benoemd tot hoofd van de tweede kanselarij van de Florentijnse Republiek, en maakte in die hoedanigheid veel reizen om de positie van Florence te consolideren en te versterken. Hij raakte in deze periode gefascineerd door Cesare Borgia (1475-1507), heerser van Romagna en zoon van paus Alexander VI. De politiek geëngageerde Machiavelli vond in Borgia, die bekend stond als een wrede, agressieve schurk, de ‘ideale heerser’, die hem inspireerde bij het schrijven van zijn invloedrijkste politieke werk: Il Principe (De Vorst). Machiavelli voltooide dit werk in 1513, toen Borgia reeds was overleden.

Cesare Borgia

Il Principe

In Il Principe zette Machiavelli uiteen hoe volgens hem een waardig heerser zou moeten regeren. Een belangrijke motivatie voor het schrijven van dit werk vormde de politieke situatie in Italië. Terwijl bijvoorbeeld Frankrijk zich ontwikkelde tot een grote soevereine staat, was er in Italië slechts sprake van versnipperde en daardoor kwetsbare machtscentra. Om niet van de kaart geveegd te worden en ook in Italië een politieke eenheid te creëren, was daadkrachtig politiek optreden van een leidersfiguur nodig – iemand als Borgia. Vanuit het idee dat er in de politiek voortdurend sprake was van een zucht naar expansie en groei, argumenteerde Machiavelli dat een vorst zich allereerst moesten realiseren dat zijn macht tijdelijk was. Zijn heerschappij was onderhevig aan de ‘grilligheid van Vrouwe Fortuna’. Een beetje geluk was noodzakelijk, maar een vorst moest er tegelijkertijd zelf alles aan doen zijn macht zo lang mogelijk te behouden. Hoe kon een vorst dit ‘doel’ volgens Machiavelli bereiken?

Pessimistisch mensbeeld

Machiavelli maakte zich allereerst los van de middeleeuwse christelijke moraal, en zette (vanuit het humanistische gedachtegoed) de mens centraal in zijn filosofie. Zijn visie op de mens was echter allesbehalve optimistisch. Volgens Machiavelli was de mens namelijk van nature geneigd tot het kwade. En dat niet alleen: ‘De mensen zijn zo onnozel en ze richten zich zo op hun directe behoeften dat iemand die bedriegt altijd wel iemand vindt die zich wil laten bedriegen’. Het zou volgens Machiavelli erg dom en naïef zijn om slechts te leven en handelen naar de ‘goede’ christelijke moraal, want vroeg of laat zou dit nadelig uitpakken. Zo hadden christelijke waarden als deugdzaamheid, verdraagzaamheid en vredelievendheid in Italië geresulteerd in zwak, lafhartig leiderschap en instabiele politieke situaties.

Virtù

Vanuit bovenstaand idee argumenteerde Machiavelli: ‘Een man die zich altijd en overal goed betoont, gaat noodzakelijk te gronde te midden van zovelen die niet goed zijn. Daarom moet een heerser, wanneer hij zich wil handhaven, leren om niet goed te zijn. En dit vermogen dient hij wel of niet in praktijk te brengen, al naargelang de omstandigheden hem er toe dwingen’. Volgens Machiavelli mochten heersers daarom, als het zo uitkwam, best ‘moreel verwerpelijke’ middelen inzetten om hun doel te bereiken. Sterker nog: dit was soms onvermijdelijk. Wat een heerser nodig had, was wat Machiavelli beschreef met het woord ‘virtù’: energie, intelligentie, daadkracht, de gave om situaties te beoordelen en ‘effectief’ op te treden – wat in de meeste gevallen wreedheid vereiste. Om macht te consolideren was het nu eenmaal noodzakelijk geweld te gebruiken.

‘Amorele’ Realpolitik

De middelen die een doel ‘heiligden’ hoefden niet per se slecht te zijn, of in strijd met ethiek, godsdienst en zedelijkheid. Het uiteindelijke streven was een politiek beleid dat ‘toevalligheden’ zoveel mogelijk uitsloot. Om stabiliteit te garanderen en het volk in toom te houden, kon zelfs zoiets vreemds als religie (in de vorm van religieuze vrijheid) een handig instrument zijn. Machiavelli formuleerde zo een politieke filosofie die niet zozeer ‘immoreel’ (indruisend tegen de wetten van de ethiek), maar ‘amoreel’ was: een ethische dimensie was irrelevant. Hoewel denkers vóór hem zich ook wel in meer of mindere mate met staatkundige vraagstukken bezig hadden gehouden, was Machiavelli de eerste die de politiek op deze manier ‘isoleerde’ en beschouwde als een op zichzelf staande wetenschap. Het soort opportunistische politieke opvatting dat hier uit voortvloeide, wordt ook wel aangeduid als Realpolitik – een beleid dat bijvoorbeeld eeuwen later ook door Von Bismarck zou worden gehuldigd.

Rodrigo Borgia als corrupte paus Alexander VI

Rodrigo Borgia als corrupte paus Alexander VI

Er is een onderzoek ingesteld naar het lek waar het Vaticaan de afgelopen maanden mee te maken heeft gehad. Volgens gelekte documenten worden Kardinalen op basis van vriendjespolitiek gekozen en de staatssecretaris van het Vaticaan, Tarcisio Bertone, zou azen op het pausschap. Het Vaticaan heeft vaker te maken gehad met corruptie. Paus Alexander VI spande wat dit betreft de kroon.

Rodrigo Borgia (1431-1503) werd geboren in de beruchte adellijke Italiaanse, maar oorspronkelijk Spaanse familie Borgia. Alfonso Borgia wist in 1455 onder de naam Calixtus III paus te worden en zorgde er zo voor dat zijn neefje Rodrigo al op 25-jarige leeftijd kardinaal-diaken en vicekanselier van de Rooms-katholieke Kerk werd. Later werd Rodrigo benoemd tot bisschop van Valencia en bisschop van Portus.

Corruptie van Rodrigo

Na de dood van paus Innocentius VIII deed Rodrigo een gooi naar het pausschap. Hij was ervan overtuigd dat hij niet verkozen zou worden alleen op basis van zijn capaciteiten, dus zocht hij zijn toevlucht tot andere middelen. Zo schonk hij zijn paleis aan een kardinaal, evenals verschillende Italiaanse steden, in ruil voor een stem op hem tijdens het conclaaf op 10 augustus 1492. Hij slaagde in zijn missie en ‘kocht’ zo de titel van paus.

Maîtresses en kinderen van paus Alexander VI

Als paus Alexander VI zou Rodrigo elf jaar aan de macht blijven. Vele schandalen rondom hem en zijn familie passeerden echter de revue. Wanneer Rodrigo geld nodig had, stelde hij simpelweg een nieuwe kardinaal aan die zijn plek in het Vaticaan moest kopen. Ook hield hij er verschillende maîtresses op na, van wie Vannozza dei Cattanei de belangrijkste was. Met haar kreeg Rodrigo meerdere kinderen. Juan, Cesare, Joffre en Lucrezia waren de meeste bekende en net als hun vader, beruchte telgen uit het Borgia geslacht. Zij kregen van hun vader titels, bisdommen en andere privileges die hij als paus kon uitvaardigen.

Secretaris Bertone

Wegens al deze corruptie was Rodrigo geen populaire paus. Toen hij in 1503 stierf, waarschijnlijk door vergiftiging, zouden de burgers van Rome dan ook op de straat hebben gedanst van vreugde. De situatie die zich nu in het Vaticaan afspeelt lijkt vele malen onschuldiger. Er is vooral ophef over secretaris Bertone en zijn vermeende ambitie om paus te worden. Het lek zou afkomstig zijn van tegenstanders van de secretaris. Volgens ingewijden heeft de paus een grote fout gemaakt toen hij Bertone aanstelde als tweede man. Volgens Bertone is de ophef een mediahetze en journalisten ‘spelen voor Dan Brown en verzinnen sprookjes’ wanneer ze zeggen dat er zich een machtsstrijd binnen het Vaticaan afspeelt.

Bron: http://www.trouw.nl/tr/nl/4716/Christendom/article/detail/3273165/2012/06/18/Nummer-twee-Vaticaan-Machtsstrijd-is-hersenspinsel-van-media.dhtml

Geef een antwoord

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.